Visie op De Nationale Technologiestrategie

Het ministerie van Economische Zaken en Klimaat heeft onlangs De Nationale Technologiestrategie gepubliceerd. Hierin identificeert het kabinet 44 sleuteltechnologieën die het de prioriteit wil geven op het gebied van investering en ontwikkeling. Deze technologieën hebben in Nederland een sterke basis, en creëren volgens het kabinet de meeste waarde op economisch en maatschappelijk vlak. Het doel is om met deze technologieën een internationale leiderschapspositie in te nemen, die ook zal bijdragen aan de nationale veiligheid. Het kabinet wil Nederland minder afhankelijk maken van andere landen voor strategische producten die nodig zijn voor maatschappelijke uitdagingen zoals de energie- en grondstoffentransitie, de transitie van ons voedselsysteem, en de overgang naar een circulaire economie.

Een van de technologieclusters die het kabinet belicht is de ‘Energy materials’. Dit zijn de materialen die nodig zijn om energie op te vangen, op te slaan, te transporteren en om te zetten naar andere energiedragers. Hierbij richt het kabinet zich voornamelijk op materialen en technologieën die nodig zijn voor de ontwikkeling van de ketens waterstof en elektriciteit. Het Platform gelooft echter dat naast elektriciteit en waterstof, biobrandstoffen ook een belangrijke rol zullen spelen in de energietransitie, en dat door deze focus de benodigde technologische ontwikkelingen op gebied van biobrandstoffen onderbelicht worden. Om de inzet van biobrandstoffen te vergroten zullen namelijk verschillende technologische conversieroutes verder ontwikkeld moeten worden voordat deze op commerciële schaal kunnen produceren.

Gebruik van biogrondstoffen wordt wel benoemd in het hoofdstuk ‘Process technology including process intensification’. Het kabinet erkent hier dat er voor bioresiduen een groot innovatie potentieel is, bijvoorbeeld voor vergassings- en pyrolysetechnologieën. Het kabinet beperkt zich in haar strategie echter tot inzet in de chemische industrie ten opzichte van andere industrieën.

Het Platform ziet een efficiëntere oplossing in het creëren van een groen productiecluster waarbij meerdere sectoren interacteren en samenwerken. Door verschillende conversiepaden goed op elkaar af te stemmen kan de meeste waarde uit biogrondstoffen worden gehaald in de vorm van (intermediaire) producten die worden ingezet in de materialen- en chemische industrie, de transportsector en de agrarische industrie.